Geboden om te leven – overweging

Wij zijn allen onderweg. In de Vastentijd wordt die met elkaar gedeelde levensweg op een bijzondere wijze gemarkeerd: als voorbereidingstijd naar Pasen… Mijn overweging van vorig weekend.

Er zit een voortgaande lijn in de lezingen in de Vastentijd: twee weken geleden ging het in de oudtestamentische lezing over Gods onvoorwaardelijke trouw aan zijn schepping (we lazen toen het verhaal van de ark van Noach), vorige week ging het over God die het leven wil… en niet de dood (we lazen het verhaal waarin Abraham bereid was om zijn zoon Isaac te offeren), nu in het derde weekend gaat het over de 10 basale voorwaarden voor het leven in de land van de belofte. Over de 10 geboden. God spreekt deze 10 woorden zélf uit – en niet zoals gebruikelijk via de grote profeet Mozes. Daarom hebben deze geboden een bijzondere status. Deze geboden staan namelijk geschreven in de tweede persoon enkelvoud: ‘vereer naast Mij geen andere Goden’. Dat duidt op een persoonlijke en directe relatie van God met ieder mens persoonlijk. Deze geboden zijn als het ware direct door God in het hart van ieder mens ingeprent. Bijzonder is ook de aanhef: ‘Ik ben de Heer, uw God, die u uit Egypte, uit de slavernij, heeft bevrijd’. Deze aanhef geeft aan alle woorden die volgen… de kleur van: geen onderdrukking, geen baas boven baas, maar wel gelijkwaardigheid en vrijheid voor een ieder!

We lezen de kleur van een persoonlijke en bevrijdende relatie van God met de mensen… en van de mensen met elkaar. Geen kille geboden dus: eerst drie richtlijnen voor mijn en uw relatie met de Heer… en daarna zeven richtlijnen over mijn en uw relatie met andere mensen. Met elkaar samen vormen deze 10 geboden een soort oudtestamentische Grondwet voor het land van de belofte. Er zijn vele varianten op de 10 geboden. Hele bijzondere las ik enkele jaren geleden, ze zijn van Govert Buijs – hoogleraar politieke filosofie en levensbeschouwing aan de VU. Bijzonder is dat déze geboden in eigentijdse bewoordingen zijn geschreven… en met het oog op zorgzaam omgaan met elkaar en met de aarde. Bijzonder is dat ze worden gepresenteerd als belofte… in plaats van de gebiedende wijs: ‘U zult…’ Bijzonder is dat ze omgekeerd worden gepresenteerd – beginnend bij de geboden die het moeilijkst te vervullen zijn:

10. Als het leven goed is, dan zul je… niet begeren (Mahatma Gandhi zei ooit: de aarde geeft genoeg voor ieders behoefte, niet voor ieders begeerte)

9. Als het leven goed is, dan zul je… geen vals getuigenis spreken (respecteer wetenschappen en feiten, verspreid geen nieuws waaraan je twijfelt of dit wel iets toevoegt)

8. Als het leven goed is, dan zul je… niet stelen van elkaar (streef een leven na met oog voor onze éne planeet, werk er niet aan mee dat een goed leven ‘een privilege van de rijken’ gaat worden)

7. Als het leven goed is, dan zul je… bouwen en onderhouden van betekenisvolle relaties (als mensen hebben we elkaar nodig in alle verscheidenheid: geen enkele samenleving kan zonder variatie en creativiteit)

6. Als het leven goed is, dan zul je… niet doden (behoudt levenslang het respect en de eerbied voor het leven)

5. Als het leven goed is, dan zul je… je vader en moeder eren (besef waar je vandaan komt en wie je bent… en houd van daaruit oog voor een zorgvuldige overdracht van het leven)

4. Als het leven goed is, dan zul je… regelmatig rust, pauze en sabbat houden (neem rust als dat nodig is… en geef rust aan elkaar)

3. Als het leven goed is, dan zul je… de naam van de Eeuwige, jouw God, niet besmeuren (geloven in de Schepper en zorgen voor de schepping gaan hand in hand)

2. Als het leven goed is, dan zul je… geen afgoden dienen (in onze tijd heeft de overheersende economie alle trekken van een afgod: realiseer je dat het slavenhuis waar God zijn volk destijds van bevrijdde ook in onze tijd bestaat)

1. Als het leven goed is, dan zul je… geen andere goden hebben (maak in je leven grondig werk van iets waaraan je kunt toewijden, heb lief en draag zorg… zoals het bij jou past)

Tot zover de 10 geboden. Tot slot van deze overweging nog enkele woorden over het evangelie, enkele woorden over het verhaal van de tempelreiniging… Waarom zou de evangelist Johannes het verhaal van de tempelreiniging aan het begin van Jezus’ optreden plaatsen? Door de tempelreiniging aan het begin van Jezus’ optreden te plaatsen benadrukt Johannes dat het héle optreden van Jezus vanaf het begin gekenmerkt wordt door zijn ‘hartstocht voor het huis van Zijn Vader’. Het gaat om de toewijding die Jezus laat zien.

En bovendien zien we door de wijze waarop Johannes het leven van Jezus beschrijft… dat de joodse leiders zich vanaf het begin tegen Hem verzetten – wat uiteindelijk uitloopt op dood en verheffing. We lazen: ‘Breek deze tempel maar af, en ik zal hem in drie dagen weer opbouwen’. Jezus zelf is deze tempel, deze woning van God onder ons. Voor minder doen we het niet: God mét ons… mensen mét elkaar… en álles wat aan hun zorg is toevertrouwd.

(Bronnen: Exodus 20, Johannes 2)

Jack Steeghs

Een gedachte over “Geboden om te leven – overweging

  1. Ha, Jack! Zojuist je nieuwe overweging gelezen. En ook het verhaal dat je schreef over je motieven om te stoppen met het bedrijf dat je van je ouders overnam! Wat een moed om zo jouw persoonlijke weg te gaan!! Elke keer weet je me te boeien met je eigen teksten en met vondsten uit het denken van anderen, zoals nu met de ‘omkering van de 10 geboden’! Je levert geen ‘slap gerelativeer’, maar bevrijdt op een meesterlijke manier van de verstarring die in de taal geslopen is waardoor alle Leven is platgedrukt. Grote Dank!!! Heb het zo goed als kán! Hartelijke groeten,

    Toos

Geef een reactie op Toos Verdonk Reactie annuleren