
Eerlijk gezegd ben ik niet zo van het loven en prijzen… maar ik onderschrijf wel waar deze evangelicale grondhouding in het christelijke geloof voor staat: psalm 134…
Psalm 134. Een pelgrimslied. Zegen de HEER, u allen die de dienst van de HEER verricht en in het huis van de HEER staat, nacht aan nacht. Hef uw handen op naar het heiligdom en zegen de HEER. Moge uit Sion de HEER u zegenen, die hemel en aarde gemaakt heeft.
Prijs de Heer, zegen hem, loof hem of breng hem hulde… In welke vertaling je psalm 134 ook leest, het draait hier bij de psalmist volgens mij om het afleggen van verantwoording. Eerlijk en oprecht, zoals het leven is. Dit betekent alles behalve een bekrompen levensmoraal en/of weglopen voor de taken die jou te doen staan. Het gaat hier om het je blijvend realiseren dat jij het leven niet maken kan. Een soort van plaatsbepaling schepper – schepping. Op de zesde dag zijn wij mensen als Gods laatste scheppingsdaad in het leven geroepen en mogen we het kostbaarste dat we gekregen hebben waar proberen te maken met de talenten die we gekregen hebben: leven. Met de tien geboden in ons hart kunnen we volop aan de slag, verder op weg naar Pasen.
(Foto: pixabay)
Jack Steeghs