Roepingenzondag – overweging

Afgelopen weekend vierden we roepingenzondag. Ik sprak in meerdere kerken vanuit gegroeide inzichten over mijn boeiende en ingewikkelde vak.

In de eerste lezing is Paulus op reis. De reis wordt onderbroken voor een preek aan joden gericht. Paulus is zelf jood en richt zijn blijde boodschap dus aan zijn medebroeders en -zusters. Zijn bemoedigende woorden missen hun uitwerking niet: vele joden gaan met Paulus en Barnabas mee. We hoorden hem zeggen dat de joden volharden in de genade van God. In gewoon Nederlands: De joden zijn al gelovig, zij hoeven niet bekeerd te worden. Maar juist vanwege deze opmerking worden sommige joden jaloers, afgunstig. Want zij zien dat Paulus en Barnabas zich richten op de heidenen. Deze groep joden krijgt van Paulus minder aandacht dan gewenst. De beschimpingen die volgen zijn onderdeel van een uiting die bijzonder gênant is, maar menselijk. Door Paulus en Barnabas lezen we van een manier van prediking en omgang met tegenslagen die we ook van Jezus kennen: bij veel weerstand van medebroeders en -zusters kun je nog maar het beste… het stof van je voeten afschudden. Oftewel: daar waar geen eer te behalen is kun je het best je energie sparen. De prediking van Paulus wordt tot tweemaal toe aangemerkt als gericht op ‘het eeuwige leven’. Dat het hier niet om het hiernamaals gaat wordt duidelijk in de tekst. Eeuwig leven wordt toegezegd aan allen die luisteren naar de stem van Jezus. Eeuwig leven is toegezegd aan allen die Jezus volgen. Eeuwig leven is hier geen belofte voor stervenden maar voor levenden. Het gaat hier in de preek van Paulus uitdrukkelijk om het alledaagse leven te leren verbinden – met de weg van Jezus’ blijde boodschap.

Bij Johannes lezen we van het prachtige beeld van de herder en zijn schapen… als een geleide veel-eenheid, waarbij een goed begrip van het ‘kennen’ van de schapen dóór de herder niet mis te verstaan is: kennen in geloof is veel meer dan een gezicht en een naam bij elkaar brengen. Kennen is doorgronden van binnenuit… en zo weten wat de ander nodig heeft om zelfstandig verder te kunnen. Want die ander blijft altijd die ander. Wie het leven serieus neemt en mens en dier lief heeft… durft vanuit vertrouwen te leiden. En wie de herder volgt… durft zich te geven aan die ander omdat hij of zij zich gekend weet. Wie leiding geeft op de wijze van de goede herder kan dat onmogelijk vanachter een beeldscherm. Het beeld van de herder en zijn schapen vraagt erom dat de herder naar zijn schapen ruikt en de schapen naar zijn herder. Vandaag is het roepingenzondag – een zondag door de Wereldkerk ingesteld tijdens het Tweede Vaticaans Concilie in 1963. Elk jaar op de 4e zondag van Pasen vindt dus ook in onze kerkprovincie de bijbehorende jaarlijkse campagne plaats, speciaal gericht op mensen die het willen overwegen om priester, diaken of pastoraal werker te willen worden.

Het werven van nieuwe pastores is nodig, nee… nieuwe pastores zijn heel hard nodig, want de oogst is groot maar er zijn veel te weinig arbeiders. Er komen vele disciplines samen in het brede vak van pastor – en dan maakt het (voor de vele benodigde handen op de werkvloer) even niet zoveel uit… of je dit vak uitoefent als priester, diaken of pastoraal werker. Eén discipline haal ik zo dadelijk naar voren, maar eerst nog even dit: Met collega’s deel ik een prachtig maar ook ingewikkeld vak. Ingewikkeld is zeker het vraagstuk van de werkdruk. Deze uitdaging speelt tegenwoordig in meerdere beroepen… maar omdat het pastorale vak uiteindelijk niet gericht is op ‘productie draaien’ is de werkdruk waarschijnlijker nóg nijpender. Waarom? Omdat de factor tijd zo’n belangrijke rol speelt in de begeleiding van mensen op hun levensweg. Pastor zijn kan alleen productief zijn vanuit rust en vertrouwen. En die rust hoort gewoon bij de werktijd. Het vak van pastor verdraagt geen overvolle agenda waarin zoveel mogelijk ballen in de lucht worden gehouden.

Een hele belangrijke discipline in het vak van de pastor is het geestelijk leiderschap. Over de eigen aardigheid van de pastor als geestelijk leider zijn vele woorden geschreven. Tot besluit van deze overwegende woorden, een treffend stukje dat prima past bij roepingenzondag: De rol van geestelijk leiderschap is niet een vak wat je leert op een instituut. Geestelijk leiderschap is een vrucht van leven met God. En vanuit deze ervaring, vanuit opgedaan inzicht in het omgaan met God, kun je meekijken met anderen… en mogelijke wegen, vergezichten, blokkades aanwijzen. Je luistert als pastor, samen met de ander, naar wat er te beluisteren valt. Kennis, informatie en opgedane inzichten kunnen hierbij van waarde zijn, maar blijft staan: niet de begeleidende pastor bepaalt wat die ander moet doen, hoe hij of zij moet leven. De begeleidende pastor laat zien wat er mogelijk kan gebeuren als de ander zijn eigen weg gaat. De pastor als geestelijk leider is als een gids op een pelgrimstocht. Het is aan de pelgrim… om zelf de tocht van zijn of haar leven te lopen.

(Bronnen: Handelingen 13, Johannes 10)

(Foto: visual hunt, Frank van Dongen)

Jack Steeghs

Een gedachte over “Roepingenzondag – overweging

Geef een reactie op Toos Verdonk Reactie annuleren