Eind 2012 heb ik samen met direct betrokkenen de projectfase Kerk In Platteland (KIP) afgerond. De twee pilots, in Eibergen en Lemelerveld, gaan zelfstandig verder (zie de artikelen in de categorie ‘Kerk In Platteland’). In deze bijdrage sta ik stil bij de leiding ter plaatse.
Eigenaarsvraag en leiding
De vorige keer heb ik beschreven dat in een project als KIP geloven gebeurt daar waar mensen verblijven en betrokkenheid tonen op elkaars wel en wee. Dat is basis. Pas daarna komt de verhouding met bestuur, pastoor, kerkenraad, predikant, pastorale team…
Het ingewikkelde is dat de benodigde kennis en kunde, geld en andere middelen niet zomaar vrij beschikbaar zijn. Professional en bestuur zijn vrijwel onmiddellijk aan zet. Hoe zit het nu met de eigenaarsvraag? Wie vertaalt het leiden van God (en Jezus) naar hier en nu en hoe wordt dat in gesprek gebracht? Hoe kan het eigenaarschap van de geloofsgemeenschap zoveel mogelijk gerespecteerd worden? Hoe kan dat – gezamenlijk gedragen – eigenaarschap eruit zien?
Voor het verdere bestek van deze bijdrage beperk ik me nu tot de rol van de sleutelfiguur, de professional.
In het kader van mijn eigen leerproces heb ik deelgenomen aan een studiegroep onder auspiciën van het Werkverband Kerkelijk Opbouwwerk. De bevindingen uit deze studiegroep worden binnenkort gepresenteerd op een studiemiddag in Utrecht. Voor de reikwijdte van deze bijdrage beperk ik me tot enkele inzichten met betrekking tot leiderschap in een project zoals KIP.
De volgende vragen kan elke professional aan zichzelf stellen. De beloning is meer zicht op wat er nodig is om het eigenaarschap te laten zijn daar waar het thuishoort: in de geloofsgemeenschap.
– In hoeverre heb jij het vermogen in je om het evangelie in jouw geloofsgemeenschap als het ware
‘aan te treffen’? (vrij naar Erik Borgman)
– In hoeverre heb jij het vermogen om de verhalen van mensen en de verhalen uit de Bijbel in
dialoog te ‘ontsluiten’? (vrij naar Andries Baart)
– In hoeverre heb jij het in je om ‘present te zijn’ in steeds meer fluïde geloofsgemeenschappen?
– In hoeverre heb jij het vermogen om ‘relaties in beheer’ te nemen (vrij naar Paul Cliteur)
– In hoeverre kun jij het bij jezelf toelaten om in de geloofsgemeenschap af en toe met de mond
vol tanden te staan? – en dit vervolgens te delen met betrokkenen. Want, jij bent ook maar mens, beperkt en voorbijganger. Geen God.
Een collega uit de studiegroep verstaat zichzelf vanuit bovenstaand kunstwerk van Chagall. Het tafereel verbeeldt de profeet Elia (1 Koningen 19) voordat hij na een tocht van veertig dagen en nachten naar de berg Horeb trekt. Elia schuilt in een grot. God geeft hem de opdracht naar buiten te gaan. Dan zal de Eeuwige zich aan hem openbaren. Zo geschiedt. Maar God verschijnt anders dan verwacht…
Niet als een storm, als een vloed,
niet als een bijl aan de wortel
komen de woorden van God,
niet als een schot in het hart.Maar als een glimp van de zon,
een groene twijg in de winter,
dorstig en hard deze grond –
zo is het koninkrijk Gods.
(Gezangen Voor Liturgie 503)
Jack Steeghs