Er is in onze samenleving iets vreemds aan de hand met kwetsbaarheid, want het schijnt een non-categorie te zijn geworden. Daarom, een pleidooi voor gewone kwetsbaarheid.
Hebben we het te danken aan het motto van de Olympische Spelen (Citius, Altius, Fortius)? Is het over komen waaien uit de VS? Is het doorgedraaide beheersingsdrift? Doen we het onszelf aan?
Wie thuis is in onze samenleving weet dat kracht en weerbaarheid categorieën zijn die nastrevenswaardig zijn (beloond worden) en dat kwetsbaarheid niet hoort, niet deugt. Wie kwetsbaar is is een loser. Zo gaat het op school, op de werkvloer, in politiek, sport… Want kwetsbaarheid past niet in de logica op basis waarvan onze samenleving is georganiseerd.
Natuurlijk is het altijd goed om te verbeteren in leerprestaties, in werkprestaties… Waar het hier om gaat is het samenlevingsbeeld dat ‘de kwetsbare mens’ als een ‘met het leven meegegeven staat van zijn’ per definitie waardeloos is.
Terecht schrijft en spreekt Andries Baart over slordig taalgebruik in beleidsdocumenten in de zorg. Want de ene kwetsbaarheid is de andere niet. Baart onderscheidt daarom precariously (in liefde betrokken zijn op mensen maakt je kwetsbaar), frailty (broosheid is een met het aardse leven meegegeven kwetsbaarheid met ziekte en dood als gevolg) en vulnerability (omstandigheden die aan de kwaliteit van leven knagen).
De eerste twee zijn moeilijk te bestrijden, eerder gegevenheden waar je je mee te verhouden hebt. De derde variant biedt meer mogelijkheden voor interventie. Drempels die kwetsbaar maken wegnemen, mensen begeleiden van A naar B. En het omgekeerde niet vergeten: als ‘gezonde’ je eigen vooroordelen bijstellen en accepteren dat het leven minder maakbaar is dan in publieke opinie vaak wordt voorgesteld.
In de land- en tuinbouw is er veel ervaring met leren van en met kwetsbare mensen en dieren. Bijzonder interessant vind ik de beweging van de verbrede landbouw en de relatie met de meer gangbare landbouw en samenleving.
In gesprekken op boerenerven merk ik dat boeren vaak een evenwichtige opvatting over ‘kwetsbaarheid’ hebben. Omgang met processen van geboorte, zaaien, wieden, oogsten, pijnbestrijding en dood vormen je. Dat kan niet anders. Meestal in bescheidenheid. Zo is het. Gewone kwetsbaarheid.
Jack Steeghs