
Een profeet wordt niet gemakkelijk geëerd in zijn geboortestad. We kennen de uitdrukking allemaal. Het is niet voor niets dat bij de tewerkstelling van pastores in een eerste benoeming wordt meegewogen of die benoeming wel kan doorgaan, indien die persoon al langere tijd woonde op de gewenste arbeidsbestemming…
Dit voorbehoud bij een eerste functie in de pastorale praxis is niet voor niets, want hij of zij behoort in alle vrijheid te kunnen functioneren. Niet gehinderd door het verleden. En zo geldt het ook voor de mensen waarmee wordt samengewerkt, de mensen die hem en haar mogen vertrouwen.
Genoemd voorbehoud is bij een eerste werkfase belangrijk, omdat pastoraal werk altijd mensenwerk is, altijd werkt met gevoelige kennis, met mensen die zomaar ineens extra kwetsbaar gemaakt kunnen worden….
Het is onvermijdelijk… Het is onvermijdelijk dat mensen willen weten wat een nieuw aangetreden pastor voor iemand is: waar is het er ene van? Wat heeft hij of zij gedaan en waar was dat dan?
Vragen naar herkomst en verleden worden extra beladen wanneer de persoon in kwestie al het hele leven in het werkgebied woont, goed bekend is vanuit een andere rol, of in een eerste benoeming wordt aangesteld. Ik heb zelf meerdere malen met nieuwe collega’s meegemaakt – en zelf een keer meegemaakt – hoe kwetsbaar een eerste tewerkstelling kán zijn.
Ik veroordeel hier niemand maar weet vanuit de praktijk hoe belangrijk het is dat pastoraal werk een goede vertrouwensbasis kent. Ik weet inmiddels wat daarvoor nodig is, wat er gebeurt wanneer het aanstellingsproces niet ideaal is verlopen. Ik weet ook dat ik mezelf altijd opbouwend zal opstellen, in het geval ik ooit geconfronteerd mag worden met een situatie die naar mijn aanvoelen eigenlijk niet kan. Want het leven loopt namelijk lang niet altijd zoals het zou moeten zijn. Soms gebeuren dingen die beter hadden gemoeten. Maar het gebeurde is niet weg te strepen, want mensenwerk.
De boodschap hier: hoe zuiverder de aanstelling, hoe beter de basis voor een vertrouwensband en hoe beter de groeikansen. Daar doen we het toch allemaal voor?
In het evangelie van vandaag wordt duidelijk dat Jezus vrijmoedig in zijn vaderstad optreedt en verbinding maakt tussen vroeger en nu. Tussen vroeger – toen hij daar leefde – en nu – nu hij terugkeert… Maar Jezus is in de ogen van de autochtone bevolking niet meer de Jezus die men kent. Je ziet het als het ware zó voor je ogen gebeuren: ‘Is dat niet de timmerman, de zoon van Maria en de broeder van Jakobus en Jozef en Judas en Simon? En wonen zijn zusters niet hier bij ons?’
Als er zó over je gesproken wordt is het ‘ongeloof’ voelbaar. De beeldvorming van die timmermanszoon met een bijzondere roeping wordt niet gewaardeerd door de autochtone bevolking. Jezus weet dat en zegt: ‘Een profeet wordt overal geëerd behalve in zijn eigen stad, bij zijn verwanten en in zijn eigen kring’.
Niets menselijks is hem onthouden…
(Bron: Mattheus 13, 54 – 58)
(Foto: visual hunt, andi)
Jack Steeghs