De week van Goede Vrijdag – overweging

In de overweging van afgelopen weekend, Palmzondag, geef ik een blik op de laatste week van Jezus’ aardse leven. Zijn dood aan het kruis op Goede vrijdag krijgt niet het laatste woord. Het is vandaag niet voor niets Goede Vrijdag.

Het is vrijdag in de Goede Week. Een Goede Week, omdat wij inmiddels weten dat Jezus de weg van God is gegaan, tot het uiterste toe – en daarom overmorgen met Pasen aan het kruis wordt verheven, tot sprekend voorbeeld voor velen, tot redding van een wereld die steeds weer opnieuw worstelt – met goed doen en kwaad nalaten én met de vraag wie het voor het zeggen heeft, als het leven erom spant. We startten het evangelie als Jezus voor de gouverneur wordt geleid. De joodse elite, vertegenwoordigd in het Sanhedrin, werd door de Romeinen verantwoordelijk gehouden voor orde en rust in de samenleving. Rondtrekkende verlossers, zoals Jezus, waren daarom een directe bedreiging waar men iets mee aan moest. In alle tijden is het verstandig voor een ieder die goed wil doen en kwaad wil nalaten, om de context en de rol die mensen innemen in het oog te houden. En dan vragen stellen: Is het leven altijd alleen maar orders opvolgen? Hoe zit het dan met het eigen geweten? Is het vooruitgrijpen op een eventuele verstoring van de bestaande orde zoiets als: het laatste woord opeisen? Maar het laatste woord is toch aan God? Wie heeft het voor het zeggen als het leven erom spant? Wie weet wat God wil? Daarover gaat het vandaag!

De menigte in Jeruzalem heeft Jezus als koning ingehaald, de soldaten hebben hem als koning bespot en gekleineerd. Pilatus heeft hem ondervraagd: ‘Ben jij de koning?’ En steeds weer dat misverstand: wat versta je onder ‘koning’? Jezus wordt geacht zichzelf te kunnen redden vanuit een levensgevaarlijke situatie, want aan een levensgroot kruis genageld. Hij wordt vernederd en belachelijk gemaakt door mensen die niets willen begrijpen van Jezus’ weg. Dat moet toch ook voor ons voorstelbaar zijn: stel je eens voor dat er in onze verbrokkelde samenleving ineens iemand opstaat die leiding geeft op een wijze die te waarachtig lijkt om te kunnen geloven en aannemen… Hoe weet je dan of hij of zij werkelijk door God gezonden is? Het antwoord op deze vraag staat niet toevallig vlak voor het lijdensverhaal. In Mattheus 25 lezen we het verhaal van deze Koning, die zich identificeert met de minsten: ‘wat je aan de minsten der mijnen hebt gedaan, heb je aan Mij gedaan’. Jezus’ Koningschap manifesteert zich niet met zelfredzaamheid, door machtsvertoon of geweld, evenmin door de wellust van het heersen. Jezus’ Koningschap blijkt uit de meest ultieme gift die een mens kan waarmaken: in en door zichzelf te geven. Het is hierom dat de diaconie (of het dienen) bij het vieren hoort en een beproefde manier van leren is geworden, die wij in onze parochie niet zomaar toevallig opnieuw willen ontdekken. Als Jezus de geest heeft gegeven scheurt het voorhangsel van de tempel (Mattheus 27, 51). Dit heeft betekenis. Het scheuren van het voorhangsel in de tempel zegt dat de grens tussen het heilige én het heilige der heiligen wordt doorbroken. Het scheuren van het voorhangsel in de tempel betekent dat het heilige nu open staat voor iedereen – het heilige is niet langer meer voorbehouden aan wetsgetrouwe vrome joden. Het scheuren van het voorhangsel in de tempel zorgt ervoor dat de belemmering tussen God en alle mensen wordt weggenomen. Er komt ruimte voor de Goede Geest, die waait waar ze wil en niet gehouden is aan regels van machtshebbers die Gods koninkrijk maar wat graag voor de eigen belangen inschakelen. Jezus geeft zijn leven voor een samenleving waarin een ieder in tel is. Voor een aarde die niet als sluitstuk van aandacht wordt onderhouden. Voor een wereldbevolking die elkaar in verscheidenheid verdraagt. Vrede. Omdat alleen door een met elkaar gedragen eenwording, de hoop levend gehouden kan worden dat het écht waar is: een toekomst voor alles in allen. Dán breekt de tijd aan van het koninkrijk van God op aarde. Een belofte die doorleefd is en mogelijk blijft voor allen die erin gaan staan, zoals Jezus aan ons allen heeft voorgeleefd. Tot het uiterste toe.

(Bronnen: Jesaja 50, Mattheus 27)

(Foto: Palmzondag – visualhunt, cris.crussell)

Jack Steeghs

Advertentie

Een gedachte over “De week van Goede Vrijdag – overweging

  1. Ha, Jack, Dank!!! Door jouw overwegingen heeft de vrijdagmorgen voor mij altijd iets heel speciaals! Gedachten van je die ik gauw genoteerd heb omdat ik ze ‘mee wil nemen’:

    het scheuren van het voorhangsel van de tempel: symbool voor het feit dat ‘het heilige’ open staat voor IEDEREEN
    niet gebonden zijn aan regels van machthebbers. Dus geen wellust van het heersen- maar elkaar* in verscheidenheid * verdragen

    Ook onder het lezen bedacht:zelfredzaamheid is iets anders dan leidinggevenden in zorginstellingen (soms? Of vaak? ) denken: respect voor wat mensen zelf (nog) kunnen?? Ja!! Maar dat is echt iets anders dan uitstralen: ‘Zoek het zelf maar uit….. ‘

    Jou wens ik heel fijne dagen zowel in je intensieve baan als in je gezin! Hartelijke groet! Heb het zo goed als maar enigsins kán!

    Toos

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s