Met een schilderij van ‘ons pap’ verbind ik verleden – heden en toekomst in een serie over mijn weg. Nu: kán het wel, om met religie een zelfstandig beroep uit te oefenen?
In deze serie verken ik de weg die ik sinds vorig jaar ga. Vandaag een lastig punt. Want hoe zit het met zelfstandigheid, als je geloofsinhoud niet zomaar als een pakketje kunt samenstellen en vervolgens van A naar B verzenden?
Geloofsinhoud kent namelijk een richtinggevende traditie. Altijd ben je gezonden of weet je je gezonden door een bepaalde traditie – die min of meer boven tijd en plaats staat. Voor mij is dat de Rk én oecumenische traditie. En dan?
Vervolgens wordt de aangehangen inhoud vlees en bloed ter plekke in dialoog met mensen. Of niet. Levensbeschouwing, geestelijke verzorging en pastoraat zijn werksoorten die door niet-vakgenoten niet gemakkelijk verstaan worden. Het effect is aantoonbaar, maar wordt pas concreet werkzaam in en door mensen. En meestal pas gaandeweg, achteraf.
Met het benoemen van een richtinggevende traditie kom je automatisch bij het leergezag uit. Dit betekent dat je dit vak niet in je eentje kúnt doen. Hoe verleidelijk dit voor mij ook is – de officiële Rk kerklijn staat niet gemakkelijk open voor maatschappelijke experimenten. De orthodoxie richt zich voornamelijk op een zo zuiver mogelijke leer. Zoals het zou moeten zijn. Maar mensen zijn mensen. Vol goede wil. Feilbaar. Tastend, vermoedend vanuit het heil dat hen (mits ze zich als gelovige verstaan) eens is aangezegd. Zo zal het zijn.
Orthodoxie
Wereld en leven = God, met alles wat daarbij hoort. Er hoeft geen verbinding met iets of iemand gelegd te worden want God (en de kerk) is er al. God doortrekt alles wat ik ben en doe, wat jij bent en doet. Met deze definitie is het als leergezag voldoende om duidelijke waarden en de bijbehorende normen te scheppen. En deze als geloofsgenoten te beamen. En de gemeenschap kan in vertrouwen groeien.
Religie = verbinden
Nu versta ik orthodoxie niet als een onveranderlijk gegeven. Onveranderlijke geloofswaarheden zijn naar mijn idee onmogelijk als deze vorm én inhoud krijgen in en door mensen die volop deel uitmaken van déze wereld: in deze specifieke tijd en op deze specifieke plaats. Dit betekent dat er hoe dan ook verbindingen gelegd horen te worden. Tussen God en mensen, tussen gelovigen en maatschappij… En om misverstanden te voorkomen: het leggen van verbindingen is iets anders dan water bij de wijn doen.
Als je niet tot het leergezag behoort en de relatie met de wereld centraal stelt, dan is het leggen van verbindingen een lastige opgave in onze tijd van leven. Verbinden is namelijk een lastig marketingconcept. Zonder voertuig verkoopt het niet zomaar. Omdat de noodzaak niet zomaar gevoeld wordt door hen die werk en leven volgens de dominante regels van de seculiere wereld ‘op de rit’ hebben.
Jack Steeghs